Europese mensenrechteninstituten luiden noodklok: pas ‘anti-wegkijkwet’ over mensenrechten en bedrijfsleven niet aan

De Europese Commissie heeft grote aanpassingen aan de EU-richtlijn over mensenrechten en bedrijfsleven aangekondigd (CSDDD). De voorgestelde aanpassingen tasten de kern van deze richtlijn aan, waardoor de EU-richtlijn niet meer voldoet aan mensenrechtennormen. Het College roept het kabinet en Nederlandse (Euro-)parlementariërs op, om de wijzigingen terug te draaien en ervoor te zorgen dat de richtlijn niet verder wordt afgezwakt.

Beeld: ©Canva

Wat is er aan de hand?

In mei 2024 heeft de Europese Unie na jarenlang onderhandelen een richtlijn aangenomen, die ervoor moet zorgen dat bedrijven mensenrechten respecteren: de Corporate Sustainability Due Diligence Directive (hierna: CSDDD). Want bedrijven kunnen een enorme impact op mensenrechten hebben. Bijvoorbeeld op het recht op een schone en duurzame leefomgeving. Zo kan een bedrijf schade toebrengen aan ecosystemen doordat omliggend water vervuild wordt. Maar ook het verbod op dwang- of kinderarbeid, bijvoorbeeld als kinderen in kobaltmijnen werken of als er sprake is van arbeidsuitbuiting van textielarbeiders. 

De meest zorgwekkende aanpassingen

De Omnibus stelt een aantal vergaande aanpassingen voor. Zo hoeven bedrijven alleen maar onderzoek te doen naar directe toeleveranciers, terwijl ze eerst meer moesten onderzoeken. Daardoor blijven misstanden verderop in de productieketen buiten beeld, terwijl daar vaak de grootste mensenrechten- en milieurisico's plaatsvinden. Ook verdwijnt de verplichting om een klimaattransitieplan uit te voeren.

Met de voorgestelde aanpassingen zou dit dus betekenen dat bedrijven dit plan alleen maar op hoeven te stellen, zonder hier verder iets mee te doen. Dat geeft een risico op greenwashing, terwijl bedrijven juist ook actie moeten ondernemen om klimaatverandering tegen te gaan. Tenslotte verdwijnen de aansprakelijkheidsbepalingen en krijgen toezichthouders een minder grote rol. Daardoor wordt het straks voor mensen die te maken krijgen met mensenrechtenschendingen, nog lastiger om hun recht te halen. Dit is een groot zorgpunt dat het College al eerder heeft aangehaald.

In lijn blijven met mensenrechten

Het College vindt samen met het Europese Netwerk van Mensenrechteninstituten (ENNHRI), dat de richtlijn niet verder afgezwakt mag worden, maar moet blijven voldoen aan internationale mensenrechtenstandaarden, zoals de VN-richtlijnen voor Mensenrechten en Bedrijfsleven, en het Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten (IVESCR).


Een essentieel onderdeel daarbij is toegang tot het recht voor slachtoffers. Hiervoor is het belangrijk dat bedrijven aansprakelijk gehouden kunnen worden, en vakbonden, milieu- of maatschappelijke organisaties ook namens slachtoffers een civiele procedure kunnen beginnen.


Het College vindt tenslotte dat de Europese Unie moet zorgen dat verschillende stakeholders uitgebreid en op een transparante manier worden geraadpleegd.

Wat gaat er nu gebeuren?

Het kabinet heeft tot 9 april de tijd om te beslissen welk standpunt ze gaan innemen bij de onderhandelingen binnen de Raad van de Europese Unie. Inmiddels hebben meerdere tweedekamerleden zich ook al uitgesproken tegen het verzwakken van de CSDDD.

 
Het College roept het Kabinet met klem op om te voorkomen dat de CSDDD, dat op zich al een compromis was, nog verder wordt uitgehold, en om een ambitieuze positie in te nemen binnen de onderhandelingen in de Raad van de Europese Unie.


Het gehele statement van ENNHRI, dat door het College wordt onderschreven, is hier te lezen.