Geen handen schudden, hoe zit dat?

“Ontsteltenis over handenweigeraar” kopte de Telegraaf gisteren. In het artikel reageren Raadsleden van de gemeente Utrecht op een uitspraak van het College voor de Rechten van de Mens. Het College oordeelde onlangs dat Qbuzz discrimineerde door een man af te wijzen als buschauffeur omdat hij vrouwen geen handen schudt. Hoe zit dat nu precies met handen schudden? En wat zegt de Nederlandse wet hierover?

Stoelen van de rechters in de zittingszaal van het College in Utrecht

Een belangrijke Nederlandse waarde is vrijheid. En die vrijheid geldt voor iedereen die zich in Nederland bevindt. Bijvoorbeeld vrijheid om je mening te uiten, vrijheid om te stemmen op de partij van jouw keuze, vrijheid om naar school te kunnen. Ook vrijheid om de godsdienst van jouw keuze aan te hangen en dit niet te hoeven verbergen. In Nederland zijn we allemaal verschillend en de kracht daarvan is dat we die verschillen respecteren.

Uiteraard kunnen deze rechten soms met elkaar botsen. Bijvoorbeeld als een man vanwege zijn godsdienst vrouwen niet de hand wil schudden. En dat ook niet wenst in zijn baan. Voor de man is dit zijn vrijheid van godsdienst. Daartegenover staat het recht van de vrouw om vrij van discriminatie te leven. En ook de wens van een organisatie om een goede dienstverlening aan zijn klanten te bieden. Al deze belangen wegen zwaar en daarom moet er steeds een afweging gemaakt worden. Hiervoor heeft Nederland de Algemene wet gelijke behandeling en het College toetst concrete situaties aan deze wet. Het College houdt hierbij altijd de bedoeling van de gelijkebehandelingswet voor ogen: het bevorderen van een samenleving voor iedereen met respect voor verschillen.

En dit betekent soms dat het inderdaad mogelijk moet zijn dat de man zijn werk doet zonder handen te schudden. In de zaak tegen Qbuzz oordeelde het College dat de man vanwege zijn godsdienst werd gediscrimineerd. Het niet schudden van handen met mensen van het andere geslacht is een uiting van godsdienst. Uitingen van godsdienst worden in beginsel door de gelijkebehandelingswetgeving beschermd. Qbuzz kon niet aantonen dat het geven van handen een wezenlijk onderdeel van de functie van buschauffeur is. Ook kon Qbuzz niet aantonen dat er confronterende, onaangename, beledigende en/of onveilige situaties ontstaan doordat de man aan vrouwen geen hand geeft.