Armoede en dubbele standaard in Caribisch Nederland ook voor kinderen problematisch

Armoede is volgens kinderen en jongeren een groot probleem op de eilanden. Kinderen in Caribisch Nederland hebben dezelfde rechten als in Europees Nederland maar in de praktijk ligt de lat lager. Dat zijn enkele conclusies van de Kinderombudsman op basis van de resultaten van de Kinderrechtentour in Caribisch Nederland. Zij sprak tijdens haar bezoek met bijna 200 kinderen en jongeren en 264 kinderen hebben een vragenlijst ingevuld over hun leefsituatie in Bonaire, Saba en Sint Eustatius. Kinderen en jongeren geven aan blij te zijn met hun leven maar vinden dat er te weinig te doen is op de eilanden, dat de kwaliteit van het onderwijs onvoldoende is en dat de mogelijkheden om door te groeien ontbreken.

Armoede

Door armoede zijn er kinderen die te weinig eten krijgen en onvoldoende kleding hebben. Ouders werken te veel vanwege de hoge kosten van levensonderhoud waardoor ze te weinig aandacht hebben voor hun kinderen. De stress vanwege geldproblemen leidt soms tot verkeerde keuzes zoals drankgebruik en huiselijk geweld schrijft de Kinderombudsman.

Het College signaleert ook in de Jaarlijkse Rapportage over 2016 dat armoede en de (sociale) gevolgen daarvan zichtbaar zijn op alle drie de eilanden. De stijging van de kosten voor levensonderhoud sinds de transitie in 2010 zijn niet gecompenseerd door de toegenomen inkomsten in de vorm van loonstijgingen of verhoging van uitkeringen. De onderstand is vastgesteld op basis van het wettelijk minimumloon en niet op de kosten van levensonderhoud. Het College beveelt aan de bijstandsnorm vast te stellen op basis van de kosten van levensonderhoud ter plaatse. De staatssecretaris van SZW laat dat nu onderzoeken.

Meten met twee maten

Kinderombudsman Margrite Kalverboer signaleert ook dat kinderen in Caribisch Nederland in de praktijk niet dezelfde rechten hebben als kinderen in Europees Nederland. Nederland meet met twee maten en dat kan en mag niet volgens haar. Het College onderschrijft dat de verschillen in nationale wetgeving, beleid en praktijk onvoldoende is gemotiveerd. Er mag alleen onderscheid worden gemaakt in het realisatieniveau van bepaalde mensenrechten tussen Caribisch Nederland en Europees Nederland als er geen sprake is van gelijke gevallen of als voor dat onderscheid een objectieve rechtvaardiging bestaat. De Nederlandse overheid moet zo snel en doeltreffend mogelijk toewerken naar volledige verwezenlijking van de mensenrechten van de inwoners van Caribisch Nederland.

Laagdrempelig informatiepunt

De Kinderombudsman concludeert uit de gesprekken dat er een laagdrempelig informatiepunt op de eilanden moet komen waar alle kinderen en jongeren terecht kunnen voor vragen over hun rechten en voorzieningen. Hierbij verwijst zij ook naar de brief die de Nationale ombudsman en het College 1 juni 2016 naar het parlement stuurden over de noodzaak van de inrichting van een laagdrempelige rechtshulpvoorziening om de toegang tot het recht op alle drie de eilanden te effectueren. Veel mensen kennen hun rechten niet en weten niet waar ze terecht kunnen met hun claims tegen of vragen over de overheid, werkgevers of uitvoeringsinstanties. Minister Plasterk heeft in 2016 toegezegd met het Ministerie van Veiligheid en Justitie te kijken naar de invulling van een loket maar daar is nog geen opvolging aan gegeven.