Gerechtshof: Staat moet asielopvang zo snel mogelijk verbeteren en alle asielzoekers gelijk behandelen
De Staat moet de lichamelijke en geestelijke gezondheid van asielzoekers beschermen, en kan dit nu niet garanderen. De uitspraak die de Rechtbank in oktober deed in de door VluchtelingenWerk aangespannen zaak tegen de Staat is op 20 december 2022 in hoger beroep op een aantal fundamentele punten overgenomen.
Deze zomer bereikte de asielopvang in Nederland een dieptepunt: asielzoekers moesten buiten op de grond in Ter Apel slapen. Nog steeds zijn er ernstige zorgen over de omstandigheden in Ter Apel, in noodopvanglocaties, en in de crisisnoodopvang. Op 6 oktober deed de Rechtbank Den Haag de uitspraak dat de opvang van asielzoekers in Nederland op korte termijn aan internationale normen en Europese regelgeving moet voldoen. Het Gerechtshof Den Haag neemt dit nu over en benadrukt dat de Staat rekening moet houden met de specifieke behoeften van asielzoekers in kwetsbare situaties, zoals kinderen en mensen met een beperking.
Gelijke behandeling van alle asielzoekers in opvang
Het Hof heeft ook geoordeeld dat ontheemden uit Oekraïne en reguliere asielzoekers feitelijk ongelijk worden behandeld. Voor dit verschil in behandeling bestaat geen objectieve rechtvaardiging. Het College verwelkomt deze principiële uitspraak. Het Hof ziet in de aankomende Spreidingswet een oplossing om de ongelijke behandeling op te heffen: gemeenten worden dan niet alleen verantwoordelijk voor de opvang van Oekraïners, maar ook voor andere groepen. Het College riep de staatssecretaris deze zomer al op om geen ruimte te laten aan gemeenten om alleen vluchtelingen van een bepaalde nationaliteit op te vangen: dat is discriminatie. Bij de uitvoering van de Spreidingswet moet de Staat hiervoor wederom geen ruimte laten. Het College heeft in een wetgevingsavies over de Spreidingswet benadrukt dat zowel de Rijksoverheid als gemeenten verantwoordelijk zijn voor de bescherming van mensenrechten.
Bescherming van alleenstaande minderjarige vluchtelingen en andere asielzoekers in een kwetsbare positie
Het Hof stelt vast dat de bescherming van alleenstaande minderjarigen onvoldoende is. Er is niet genoeg begeleiding beschikbaar en de kwaliteit van de opvang is onder de maat. Tegelijkertijd zegt het Hof dat de Staat niet onmiddellijk verbeteringen kan doorvoeren, mede door personeelstekorten.
Het College benadrukt de kwetsbare positie van kinderen. Op basis van het Kinderrechtenverdrag hebben zij recht op bescherming. In ieder geval moeten zij op een veilige plek in een bed kunnen slapen. De Kinderombudsman trof in oktober 2022 nog alleenstaande minderjarigen aan die langere tijd in de wachtkamer van Ter Apel op een stoel of zelfs op de grond moesten slapen. Deze situatie mag in ieder geval niet meer voorkomen.
Het Hof stelt daarbij dat de Staat rekening moet houden met alle asielzoekers in een kwetsbare positie en hun specifieke behoeften. Zij mogen alleen in (crisis)noodopvang worden geplaatst als daar kan worden voorzien in deze behoeften. Om vast te stellen wie zich in een kwetsbare positie bevindt en wat deze mensen nodig hebben, moet de Staat zo snel mogelijk na aankomst een medische screening uitvoeren onder alle asielzoekers. Dat gebeurt nu nog onvoldoende.
Ter Apel
De afgelopen tijd hebben geen asielzoekers meer buiten hoeven slapen voor het aanmeldcentrum in Ter Apel. Een belangrijke uitspraak van het Hof is dat de dreiging nog steeds groot is dat dit opnieuw gebeurt. De Staat geeft aan dat het vaak net lukt om iedereen een overdekte slaapplaats te bieden. Het College herhaalt dat deze schrijnende situatie waarin minimumnormen werden overschreden zich nooit meer mag voordoen. Asielzoekers hebben recht op een veilige overdekte slaapplaats, toegang tot water en voedsel, en hygiënisch sanitair. De voorzieningenrechter en het Hof bevelen de staat hiervoor te zorgen.
Wat moet de overheid nu doen?
Het College roept de overheid op het arrest zo snel mogelijk uit te voeren. De overheid moet zorgen voor een duurzaam opvangsysteem. Het College vindt dat kleinschalige opvang daarbij ook een mogelijkheid moet zijn. Het College adviseert de overheid om bij de uitvoering van de Spreidingswet goed te luisteren naar de creatieve ideeën die gemeenten hebben om de opvangcrisis op te lossen. Het College ontvangt signalen van gemeenten die voorstellen doen die worden afgewezen omdat ze bijvoorbeeld te kleinschalig zijn, terwijl dit in sommige gevallen mogelijk wel oplossingen kan bieden.