In de Troonrede aandacht voor armoede, huizen en ongelijkheid door het slavernijverleden
“Wie van buiten naar de Nederlandse samenleving kijkt, ziet op het eerste gezicht een aantrekkelijk land met goede voorzieningen en een sterke economie, ingebed in krachtige internationale structuren die beschermen en welvaart brengen. Maar achter dat positieve beeld gaat de permanente opdracht schuil om te blijven werken aan kansengelijkheid, bestaanszekerheid en perspectief.”
Vandaag op Prinsjesdag sprak de Koning deze woorden uit tijdens de Troonrede. Er was aandacht voor belangrijke mensenrechtenthema’s, zoals armoede, huisvesting en excuses voor het slavernijverleden. Het College roept het kabinet op om zich te blijven inzetten voor deze onderwerpen.
Armoede: een integrale aanpak is broodnodig
Door de stijgende kosten van levensonderhoud komen steeds meer mensen in de knel. Het CPB voorspelt dat als er geen nieuwe maatregelen worden genomen, het aantal Nederlanders dat in armoede leeft zal toenemen in 2024. In de Troonrede kondigde de Koning aan dat het kabinet ongeveer 2 miljard euro aan koopkrachtmaatregelen neemt, zodat de armoede niet toeneemt.
De Commissie Sociaal Minimum doet onderzoek naar het sociaal minimum. Dat is het minimale bedrag dat je nodig hebt om van te kunnen leven. De overheid heeft hiervoor een normbedrag opgesteld, dat ze ieder half jaar aanpast. In juni 2023 concludeerde de commissie al dat de bestaanszekerheid van mensen die rond het sociaal minimum leven niet gewaarborgd is, omdat het huidige sociaal minimum te laag is. Binnenkort zal de commissie een eindrapport publiceren. Het College kijkt uit naar de bevindingen van de commissie en roept de regering op de aanbevelingen op te volgen.
Alleen het sociaal minimum verhogen is niet genoeg. Het College schreef al eerder in een rapport aan het VN-Comité voor economische, sociale en culturele rechten (CESCR) dat het kabinet ook goed moet kijken naar de oorzaken van armoede. Mensen met een minder goede gezondheid of onzekere baan, raken sneller in armoede. Het is belangrijk dat de overheid rekening houdt met de wisselwerking tussen armoede en verschillende mensenrechten, zoals het recht op een behoorlijke levensstandaard, het recht op gezondheid en het recht op huisvesting. Door armoede komen mensenrechten onder druk te staan. En andersom geldt dat ook: staan je mensenrechten onder druk? Dan is de kans dat je arm wordt groter.
Doordat armoede zoveel verschillende problemen veroorzaakt en ook dóór verschillende problemen wordt veroorzaakt, moeten de ministeries meer met elkaar samenwerken om armoede tegen te gaan. Omdat fundamentele rechten in het geding zijn, ligt hier ook een verantwoordelijkheid voor een demissionair kabinet.
Caribisch Nederland: verbeteren bestaanszekerheid moet topprioriteit blijven
Veel mensen in het Caribische deel van Nederland (Bonaire, Sint-Eustatius en Saba) leven in grote armoede. Dit komt onder andere doordat de inkomens, uitkeringen en toeslagen veel lager zijn dan in het Europese deel van Nederland, terwijl de kosten van levensonderhoud, zoals boodschappen en energiekosten veel hoger zijn op de eilanden.
Daarnaast zijn belangrijke onderdelen van het Nederlandse socialezekerheidsstelsel zoals de Werkloosheidswet niet van toepassing in Caribisch Nederland. Mensen daar krijgen dus geen uitkering als ze werkloos worden.
Het kabinet noemde de bestaanszekerheid van inwoners van Caribisch Nederland als prioriteit in het coalitieakkoord. Het is van groot belang dat dit een topprioriteit blijft. In de eerste plaats door zo snel mogelijk een sociaal minimum in te voeren dat gebaseerd is op de werkelijke kosten van levensonderhoud. Het is belangrijk dat de regering de aanbevelingen van de Commissie opvolgt. In de Troonrede werd duidelijk dat er extra geld beschikbaar komt om armoede in Caribisch Nederland te bestrijden. Het College volgt de ontwikkelingen.
Huisvesting: zowel in Europees als Caribisch Nederland is een oplossing nodig
Ook huisvesting kwam aan bod in de Troonrede. De Koning noemde een goede, betaalbare woning als een van de basisvoorwaarden voor bestaanszekerheid. In Europees Nederland is er een groot tekort aan betaalbare woningen. Hierdoor hebben Nederlanders verschillende problemen: voor sociale huurwoningen is een lange wachtlijst, mensen zijn vaker aangewezen op woningen die veel te duur zijn en steeds meer mensen zijn dak- of thuisloos. Het recht op huisvesting staat hierdoor enorm onder druk. Het College steunt de diverse initiatieven van de overheid om deze problematiek aan te pakken, zoals de Wet Betaalbare Huur en het Nationaal Actieplan Dakloosheid, maar het zijn wel losse projecten. Het is beter als de overheid het probleem structureel en grondig aanpakt.
“Een goede, betaalbare woning – in koop- of huursector – is immers een van de basisvoorwaarden voor bestaanszekerheid.” - Troonrede 2023
Ook in Caribisch Nederland blijft betaalbare huisvesting een groot probleem. Zo zijn de wachtlijsten voor sociale huurwoningen twee keer zo lang als het beschikbare aantal en zijn er geen cijfers beschikbaar over het aantal dak- en thuislozen. Het demissionaire kabinet heeft een beleidsagenda voor volkshuisvesting in Caribisch Nederland vastgesteld met daarin plannen om het aanbod te vergroten en gegevens te verzamelen. Het is belangrijk dat het kabinet deze plannen doorzet.
Slavernijverleden: erkenning, bewustzijn en herstel – nu en in de toekomst
Dit jaar is op 1 juli herdacht dat precies 150 jaar geleden een einde kwam aan slavernij in het Koninkrijk der Nederlanden. Op die dag bood Koning Willem-Alexander, net als premier Rutte in december 2022, excuses aan voor het slavernijverleden en is het Herdenkingsjaar Slavernijverleden begonnen. Ook in de Troonrede stond hij stil bij de noodzaak om het slavernijverleden te verwerken, om van erkenning en excuses te komen tot heling, verzoening en herstel.
“Er is nog altijd discriminatie en racistische uitsluiting in de samenleving. Ook daarom blijft de verwerking van het slavernijverleden juist na dit herdenkingsjaar in het hele Koninkrijk hoog op de agenda staan.” - Troonrede 2023
Herdenken kan een krachtig middel zijn om bewustzijn te creëren en de dialoog over dit gedeelde verleden te bevorderen. Maar herstel is minstens zo belangrijk. Dat kan op verschillende manieren: door onderzoek te doen, voorlichting te geven en herstelbetalingen te doen.
Internationaal is breed aanvaard dat slavernij een ernstige schending van mensenrechten is en een misdrijf tegen de menselijkheid. De slavenhandel en uitbuiting van de tot slaaf gemaakten in de koloniale tijd hield in dat mensen het fundamentele recht werd ontnomen om over het eigen leven te beschikken op basis van 'ras'. Anderen profiteerden hier juist van. Dit heeft geresulteerd in economische, sociale en politieke ongelijkheden, die tot de dag van vandaag in onze samenleving doorwerken. Als we die ongelijkheid willen aanpakken, dan moeten we het ten eerste erkennen en zien welke gedachten erachter zitten, zoals vooroordelen over zwarte mensen en superioriteitsdenken als het gaat om witte mensen.
De overheid moet zich er daarom voor inzetten dat iedereen dezelfde kansen krijgt en op dezelfde manier behandeld wordt. Onderwijzers op scholen moeten het hele verhaal vertellen over de slavernij en kolonialisme. En alle vormen van racisme moet de overheid actief tegengaan.
Het College is blij met het door het kabinet beschikbaar gestelde fonds voor bewustwording en maatschappelijke initiatieven in het kader van het Herdenkingsjaar, maar benadrukt ook dat dit slechts één van de nog vele te maken stappen is. Ook na het Herdenkingsjaar heeft het kabinet nog een hoop te doen op het gebied van erkenning, bewustzijn en herstel. Het is hierbij cruciaal dat bij elke te nemen stap de nazaten van de tot slaaf gemaakten actief worden betrokken.